Direct naar de content
Bobbi het vogeltje

Wanneer kan ik bezwaar maken op de inkomensafhankelijke huurverhoging?

Dat kan als iemand in je huishouden gehandicapt of chronisch ziek is; als het opgetelde verzamelinkomen van 2022 niet klopt of als het opgetelde verzamelinkomen na 2022 gedaald is. Het inkomen kan dalen door een verandering in de huishoudsamenstelling of door bijvoorbeeld een verandering van baan.

Is het inkomen van alle bewoners opgeteld na 2022 gedaald en val je daardoor in een andere categorie (L of M)?

Maak dan bezwaar op de huurverhoging. Je bezwaar moet uiterlijk 30 juni 2024 bij ons binnen zijn om de lagere huur per 1 juli 2024 in te laten gaan. Lukt dat niet? Je hebt dan nog drie jaar om een verzoek in te dienen om de huur te verlagen met het inkomensafhankelijke gedeelte van je huurverhoging. Je lagere huur gaat in dat geval wel pas twee maanden na de complete aanvraag in. Ook dan kan je een verzoek huurverlaging indienen voor inkomensafhankelijke huurverhogingen die je in de drie jaar daarvoor hebt gekregen. Ook als pas later, maar wel binnen die drie jaar, je inkomen daalt kan je huurverlaging vragen. We kijken namelijk naar het inkomen van alle bewoners die op het moment van aanvraag in de woning wonen.

Stuur met je bezwaar of verzoek de volgende gegevens mee:

  • Uittreksel woningtoewijzing gezin (BRP) van de gemeente. Hierop staat hoeveel bewoners (met naam en geboortedatum) op het adres staan ingeschreven. Van personen zonder naam en geboortedatum is ook nog een persoonlijk uittreksel basisregistratie personen (BRP) nodig.
  • Als inkomensdaling de reden is: Inkomensverklaringen van de Belastingdienst (IB) van alle bewoners vanaf 15 jaar. Alle inkomensverklaringen moeten van hetzelfde jaar zijn.
  • Inkomensdaling pas in 2024: Dan ook loonstroken en/of uitkeringsgegevens van de laatste 3 maanden van alle bewoners vanaf 15 jaar.
  • Als iemand in je huishouden een handicap heeft of chronische ziek is: I.p.v. inkomensgegevens de volgende documenten:
    • Bewijs van de indicatiestelling voor zorg op grond van de Wet langdurige zorg (Wlz);
    • De beschikking op grond van de Wmo (Wet op maatschappelijke ondersteuning);
    • Als er iemand een ernstige visuele beperking heeft, een verklaring van de huisarts.